Wel moet ik toegeven dat in De Kritiek van de Praktische Rede, hij zeer duidelijke inzichten loswekt in mij. Dat de descriptieve realiteit in een deterministisch kader past wordt een tautologie. Nu wordt het idee van vrijheid als noodzakelijke voorwaarde voor een (eigen en dus moreel) normatief kader mij duidelijk. Kant beweert namelijk het omgekeerde. De transcendentale voorwaarde is dan ons denken, dat ons in staat stelt af te wijken van de verklaring (omschrijving van de feiten zoals we die nu kennen) die we aan de realiteit hebben gegeven. We denken iets dat niet is, en streven hier naar toe. Zoals Kant zelf zegt, vrijheid is een voorwaarde voor moraliteit.
Het handvol filosofen dat hem evenaart of overtreft volgt...
Geen opmerkingen:
Een reactie posten